Een verhaal. De tijden veranderen




De tijden veranderen

Herman controleert nauwkeurig de tafel. Zijn handen glijden over het hout en voelen hoe glad de randen zijn. Hij hoeft niet bang te zijn voor een splinter in zijn vinger. Nog steeds na zoveel meubels voelt hij opwinding en misschien zelfs iets van trots, hoewel Herman dat nooit zal toegeven. Bij elk beoordelingsgesprek vraagt Hans, zijn leidinggevende, weer naar zijn ambities en steeds antwoordt Herman: ‘beter worden’. Als leerjongen net van school, was er nog veel te verbeteren, maar nu heeft hij misschien wel de perfectie bereikt. Wat zijn hoofd bedenkt, maken zijn handen. Hij weet dat Hans graag zou horen, dat Herman door wil groeien naar een leidinggevende functie. Ook nu helpt hij zijn collega’s en leert hen wat hij weet, hij wil gewoon geen baas worden en meer bezig zijn met papier dan met hout.

Het gesprek van vanochtend resoneert nog in zijn hoofd. Hans vroeg naar Bram, een jongen die het duidelijk niet in zijn vingers heeft. Hij moet het meer hebben van zijn branie dan van zijn vakmanschap. De meeste jongens laten zich kneden en er lopen nu heel wat collega’s rond die de fijne kneepjes van Herman hebben geleerd. Zo niet Bram, die valt niets bij te brengen. Hij is slordig en ongeïnteresseerd. Uit het verkeerde hout gesneden.

Dat zijn vakkennis te wensen overlaat, heeft Herman Hans geantwoord over Bram. Zijn collegialiteit dwong hem echter om toen Hans vroeg hoe Bram in de groep lag, te zwijgen over zijn grote mond en slechte werkhouding.

Ze zitten te schaften in de kantine als Hans binnenkomt. Hij pakt een stoel en zegt dat hij een aankondiging gaat doen. De schrik slaat Herman om het hart, de fabriek zal toch niet gesloten worden. Iets dat niet uitzonderlijk is. Er sluiten zoveel bedrijven waar nog hart en ziel gelegd wordt in hun producten. De meeste klanten zwichten tegenwoordig voor het zelfbouwspul van de Zweedse gigant. Dat is echter niet de aankondiging, maar Herman wordt niet veel blijer van wat Hans wel kwijt wil. Vanwege zijn gezondheid doet hij een stapje terug en de afdeling zal voortaan geleid worden door niemand minder dan Bram. De stilte rond de tafel wordt door Hans uitgelegd als zorgen om zijn persoon.

Herman bekijkt het kastje waar hij net de laatste hand aan heeft gelegd. Nog steeds mag hij tevreden zijn en is dit het beste dat uit deze fabriek komt, maar het warme gevoel ontbreekt. Zijn blinde vertrouwen dat er geen splinter te voelen is, is voorbij. De tijd dat Herman krijgt voor een meubel is meer dan gehalveerd. Volgens Bram vraagt de klant om goedkoper meubilair. Wie zit er nog te wachten op een kast die een heel leven meegaat? Tijdens de eerste dagen besloot Herman Bram een kans te geven, vooral toen hij zag dat zijn collega’s het allemaal prima vonden. Ze konden zich een extra peuk veroorloven, nu niet meer elk stuk hout honderd keer geschuurd hoefde te worden.

Toch kan Herman niet ontkennen dat hij iedere ochtend moeite heeft om uit bed te komen, terwijl hij vroeger binnen tien minuten op de fiets zat om naar zijn werk te gaan. Herman sleept zich voort en hult zich in zwijgen in de kantine, zich verschuilend achter zijn trommeltje met boterhammen. Hij heeft uitgerekend dat hij nog vierduizend driehonderd dagen moet werken tot aan zijn pensioen. Bijna twaalf jaar.

Door zijn overpeinzingen heeft hij niet gemerkt dat Bram achter hem staat. Pas als Bram zijn hand op zijn schouder legt, schrikt hij op.

‘Herman, wil je even meekomen?’

Op dat moment regent het scenario’s in Hermans hoofd. Was hij ooit zo naïef dat hij de benoeming van Bram als chef niet zag aankomen, is hij nu op alles voorbereid. Als Bram achter zijn bureau plaatsneemt, blijft Herman staan.

‘Herman, ga even zitten. Ik wil je wat vragen.’ Met tegenzin neemt Herman plaats. 'Herman, ontspan je toch eens. Ik weet dat je mij liever niet op deze positie had gezien, maar bedenk wel dat Hans me verteld heeft, dat je mijn benoeming ondersteunde.’

Dat is nieuw voor Herman. Mogelijk heeft Hans zijn zwijgen van toen anders uitgelegd.

‘Er is hier niemand die het vak beter kent dan jij en je had gelijk dat ik er niet voor deug om met mijn handen te werken. Begrijp wel dat als ik jullie vraag om meer meubels in kortere tijd af te leveren, ingegeven wordt door de druk die op onze fabriek staat.’

Als Herman heel eerlijk is, weet hij dat ook wel. De ontboezemingen van Bram laten hem ontdooien.

‘Het gaat nu beter, maar een aantal van onze trouwe klanten dreigen weg te gaan, daarom heb ik bedacht dat we naast onze normale producten ook met een exclusieve lijn beginnen.’

Nu is Hermans aandacht gevangen.

‘Hans zei me, dat je absoluut geen chef wilt worden, maar we hebben je nodig. Er is geen ander die deze nieuwe afdeling kan opzetten, de juiste mensen kan kiezen en op de kwaliteit gaat letten. Herman, ik wil dat je dit doet,’ en na een zorgvuldig geplande stilte, ‘zeg alsjeblieft ja.’

Herman laat de woorden tot zich doordringen. Dat juist Bram, degene waar hij al zijn grieven op heeft gericht met dit voorstel komt. Dit scenario had hij nog niet bedacht. Jammer dat hij nog maar twaalf jaar heeft.

Geschreven door Annette Akkerman

 


Meest Recente Posts

Contact

Hoe kunnen we u helpen?

Met veel plezier beantwoorden wij al jouw vragen. Een afspraak maken? Verkennen wat mogelijk is?

Blog

In de kijker

Nieuwsbrief

Abonneer u op de nieuwsbrief

Schrijf u in op de nieuwsbrief en blijf als eerste op de hoogte van ons laatste nieuws!

NIEUWSBRIEF

Abonneer u op de nieuwsbrief

Bekijk de vorige updates